Skip to main content
Skip table of contents

Bewakingsfunctie met veiligheidsclassificatie

Doosan Robotics biedt een bewakingsfunctie met veiligheidsclassificatie die kan worden gebruikt als risicovermindering voor risicobeoordelingen. De limiet van elke bewakingsfunctie kan worden geconfigureerd via WorkCell Manager > Robot > Robot Limits van de Teach Pendent UI.

Opmerking

  • Veiligheidslimieten zijn de toestand waarin de veiligheidsbewakingsfunctie de stopfunctie activeert. Wanneer de stop is voltooid, kunnen de positie van de robot en de extern uitgeoefende kracht afwijken van de geconfigureerde veiligheidslimiet.
  • PFHd (waarschijnlijkheid van een gevaarlijke storing per uur): De waarschijnlijkheid van gevaarlijke storingen van een veiligheidsgerelateerd systeem/subsysteem per uur
  • PL (prestatieniveau): Het prestatieniveau van veiligheidsgerelateerde componenten (SRP/CS) van het regelsysteem volgens ISO 13849-1
  • SIL (veiligheidsintegriteitsniveau): Het veiligheidsintegriteitsniveau van veiligheidsgerelateerde elektronische regelsystemen (SRECS of SCS) conform IEC 62061

Veiligheidsfunctie

Veiligheidsfunctie triggerconditie

Gebeurtenis activeren

Beoogde actie

Beoogd resultaat

PFHdPL, SIL
1

SOS

(Veilig stoppen)

De huidige stand wordt gehandhaafd met voeding naar de motor en de rem uitgeschakeld (stand Servo AAN).

Als de hoek van één as een bepaalde hoek overschrijdt bij stilstand

STO

PL d Cat. 3

SIL 2

2

SLP Joint Angle Limit

SLP (limiet verbindingshoek)

Als een van de ashoeken de geconfigureerde limiet overschrijdt

De noodstop wordt ingeschakeld volgens de geconfigureerde veiligheidsstopmodus.

  • STO, SS1 OF SS2

PL d Cat. 3

SIL 2

3

SLS Joint Speed Limit

SLS (Joint Speed Limit)

Als een van de astoerentallen de geconfigureerde limiet overschrijdt

De noodstop wordt ingeschakeld volgens de geconfigureerde veiligheidsstopmodus.

  • STO, SS1 OF SS2

PL d Cat. 3

SIL 2

4

SLT-koppelbegrenzing

SLT (Joint Torque Limit)

Als het koppel dat op elke as wordt toegepast de vooraf gedefinieerde limiet overschrijdt

De noodstop wordt ingeschakeld volgens de geconfigureerde veiligheidsstopmodus.

  • STO

PL d Cat. 3

SIL 2

5

Botsingsdetectie 

Botsingsdetectie

Als een van de op elke as toegepaste koppels de limiet voor de geconfigureerde gevoeligheid voor botsingsdetectie overschrijdt

De noodstop wordt ingeschakeld volgens de geconfigureerde veiligheidsstopmodus.

  • STO, SS1, SS2 OF RS1
  • De stopmodus voor Collaborative Zoneen Standalone Zone kan afzonderlijk worden ingesteld.

PL d Cat. 3

SIL 2

6

TCP/Robot positielimiet

TCP/Robot positielimiet

Als de TCP of robot (inclusief de vorm van het gereedschap) het geconfigureerde bereik van de ruimtelimiet overschrijdt of overschrijdt


De noodstop wordt ingeschakeld volgens de geconfigureerde veiligheidsstopmodus.

  • STO, SS1 OF SS2

PL d Cat. 3

SIL 2

7

TCP-oriëntatielimiet

TCP-oriëntatielimiet

Als het verschil tussen de ingestelde richting en de TCP-richting binnen de Tool Orientation Limit Zone de geconfigureerde limiet overschrijdt

De noodstop wordt ingeschakeld volgens de geconfigureerde veiligheidsstopmodus.

  • STO, SS1 OF SS2

PL d Cat. 3

SIL 2

8

TCP-snelheidslimiet

TCP-snelheidslimiet

Als de TCP-snelheid de geconfigureerde limiet overschrijdt

De noodstop wordt ingeschakeld volgens de geconfigureerde veiligheidsstopmodus.

  • STO, SS1 OF SS2

PL d Cat. 3

SIL 2

9

TCP-limiet forceren

TCP-limiet forceren

Als de externe kracht die wordt toegepast op de TCP de geconfigureerde limiet overschrijdt

De noodstop wordt ingeschakeld volgens de geconfigureerde veiligheidsstopmodus.

  • STO, SS1, SS2 OF RS1
  • De stopmodus voor Collaborative Zoneen Standalone Zone kan afzonderlijk worden ingesteld.

PL d Cat. 3

SIL 2

10

Robot momentum limiet

Robot momentum limiet

Als het momentum van de robot de geconfigureerde limiet overschrijdt

De noodstop wordt ingeschakeld volgens de geconfigureerde veiligheidsstopmodus.

  • STO, SS1 OF SS2

PL d Cat. 3

SIL 2

11

Limiet voor vermogen van robot

Limiet voor vermogen van robot

Als het mechanische vermogen van de robot de geconfigureerde limiet overschrijdt

De noodstop wordt ingeschakeld volgens de geconfigureerde veiligheidsstopmodus.

  • STO, SS1 OF SS2

PL d Cat. 3

SIL 2

JavaScript errors detected

Please note, these errors can depend on your browser setup.

If this problem persists, please contact our support.