Skip to main content
Skip table of contents

Namen en functies

Manipulator

Namen van de onderdelen

Nr.

Naam

Nr.

Naam

1

Base

6

J4

2

J1

7

Link2

3

J2

8

Tool Flange

4

Link1

9

J5

5

J3

10

J6

Belangrijkste kenmerken

Nr.ItemOmschrijving

1

Cockpit

[Optie] Controller die voor directe instructie wordt gebruikt.

2Flange I/ODe I/O-poort voor toolbesturing.
(Digitale input 2ch, output 2ch)

3

Tool flange

Zone waar de tools kunnen worden geïnstalleerd.

4

LED (1-axis)

Geeft de status van de robot weer met verschillende kleuren. Meer informatie over een robotstatus vindt u in Status en kleur van ledlampje van flens voor elke modus

5

Connector

Wordt gebruikt voor de stroomvoorziening en communicatie van de robot.

Regelaar

Nr.ItemOmschrijving

1

I/O connection terminal (internal)

Wordt gebruikt om de regelaar of randapparatuur aan te sluiten.

2

Emergency stop button and Smart Pendant connection terminal

Wordt gebruikt om de noodstopknop of de kabel van de slimme pendant te verbinden met de controller.

3

Network connection terminal

Laptops, TCP/IP-apparatuur, Modbus-apparatuur en vision-sensoren kunnen worden aangesloten op de netwerkrouter in de regelaar.

4

USB connection terminal

Logboeken die tijdens de werking van de robot worden gegenereerd, kunnen worden opgeslagen op een USB-opslagapparaat, of taken kunnen worden geëxporteerd of geïmporteerd.

5

Emergency stop button and Smart Pendant connection terminal

Wordt gebruikt om de noodstopknop of de kabel van de slimme pendant te verbinden met de controller.

6

Power connection terminal

Wordt gebruikt om de voeding van de regelaar aan te sluiten.

7

Power connection terminal

Voorziet de controller van stroom.

8Manipulator cable connection terminalVerbindt de kabel van de manipulator met de controller.

Noodstopknop

Nr.ItemOmschrijving

1

Noodstopknop

Druk in geval van een noodsituatie op de knop om de werking van de robot te stoppen.

Slimme pendant

De slimme pendant is geen standaarditem, maar een optioneel item. Het moet dus afzonderlijk worden aangeschaft

Raadpleeg voor gedetailleerde productkenmerken: Bijlage. Smart Pendant (A Series).

Nr.

Item

Omschrijving

1

Robot LED

Wordt gebruikt om de robotstatus aan te geven door dezelfde kleur als het LED-lampje van de robotstatus aan de gebruiker te tonen.

2

Device LED

Wordt gebruikt om aan te geven of het systeem in de modus van de slimme pendant staat.

3

Function LED

Door op vier inputsignaalknoppen (F1-F4) te drukken, gaat het LED-lampje branden om de status aan te geven.

4

Buttons

Er zijn in totaal 11 knoppen, inclusief vier inputsignaalknoppen (F1-F4) voor elke functie (home, servo, auto, afspelen, stoppen, hervatten en onderbreken).

5

Emergency Stop Button

Druk in geval van een noodsituatie op de knop om de werking van de robot te stoppen.

6

Power Button

Wordt gebruikt om de hoofdschakelaar van de slimme pendant aan of uit te zetten.

7

Strap Anchor

Wordt gebruikt om een riem aan het apparaat te bevestigen.

8

Holder bracket

Installeer de beugel van de houder aan een wand om de slimme pendant op te bergen.

Opmerking

  • Voor het gebruik van SW V2.8 of hoger, bevestig het Reset-label aan de Hervatten-knop op de slimme hanger.
  • Als een versie lager dan SW V2.8 wordt gebruikt, hoeft het resetlabel niet te worden bijgevoegd. In die versie werkt de hervattingsknop in Smart Pendant als een hervattingsfunctie, niet als een reset-functie.
  • Het label kan tijdens het gebruik loslaten, dus wees voorzichtig.
JavaScript errors detected

Please note, these errors can depend on your browser setup.

If this problem persists, please contact our support.