Installatie robot 2
De voeding aansluiten op de controller
VERPLICHT GEMAKKELIJK 1 MIN
Om de controller van stroom te voorzien, sluit u de voedingskabel van de controller aan op een standaard IEC-stopcontact.
Zorg ervoor dat de robot goed geaard is nadat u de voedingskabels hebt aangesloten (elektrische aardingsaansluitingen).
Breng een gemeenschappelijke massa tot stand voor alle apparatuur in het systeem met ongebruikte bouten die verband houden met het massasymbool in de controller. De aardgeleider moet voldoen aan de maximale stroomsterkte van het systeem.
Raadpleeg voor meer informatie de voeding aansluiten op de controller.

De voeding moet voldoen aan de minimumvereisten, zoals massa- en stroomonderbrekers. De elektrische specificaties van de meegeleverde AC-regelaar zijn als volgt:
Parameter | Specificaties |
|---|---|
Ingangsspanning | 100 – 240 VAC |
Zekering ingangsvoeding (@100-240 V) | 15 A |
Ingangsfrequentie | 47 – 63 Hz |
Raadpleeg de volgende bijlage voor informatie over optionele controllers.
Controllerplaatsing
VERPLICHT GEMAKKELIJK 1 MIN
Bij het installeren van de controller op de vloer moet aan weerszijden van de controller ten minste 50 mm ruimte worden vrijgemaakt om ventilatie mogelijk te maken.
Voorzichtig
Zorg ervoor dat de kabels een kromming hebben die groter is dan de minimale kromtestraal. Raadpleeg de kabel plaatsen voor meer informatie.